Op 22 en 23 april werd het traditionele sepia weekend gehouden. Met z'n vijven, Hendri en Fenno Knoop, Nanja van Schijndel, Rients Faber en ik, gingen we naar Zeeland, waar we een huisje geregeld hadden bij Lydia en Leendert van De Witte Boulevard.
Nanja was mee voor de gezelligheid. Fenno en Hendri doken samen, evenals Rients en ik. We hadden afgesproken de eerste duik bij de Zeelandbrug te maken bij de hoogwater kentering. Dit deden we omdat we niet helemaal zeker wisten of de trap ook bij laag water ver genoeg het water in liep om zonder problemen met een camera het water weer uit te komen.
Het was een druilerige dag, maar we hadden gelukkig een plekje onder de peiler van de Zeelandbrug en stonden dus droog (later bleek dat je hier niet mag parkeren, omdat bij brand van je auto de brug zwaar beschadigd kan raken). De spullen aan en ontspannen bij hoog water via de trap het water in. Het zag er veelbelovend uit; helder water waarin je de trap een heel eind kon volgen.
Ook onder water viel het niet tegen; met een zicht tot 5 meter konden we elkaar goed blijven zien. Veel dodemansduim, ook al op 5 meter diepte. Daaronder behoorlijk forse exemplaren; op een van de dodemansduimen zat een zeespin. Daarnaast veel harlekijnslakken, elysia, kleine vlokslak, galathea's, heremietkreeften en natuurlijk de rekjes voor de sepia's met daarop maar weinig eieren en geen sepia's. Een prachtige eerste duik met een accommodatie bij de Zeelandbrug waar je een puntje aan kan zuigen: spoelbak, kleedruimte, keurige toiletten die ondanks de drukke zondag nog steeds schoon waren. Bij de vulautomaat kan je nu ook 32% nitrox vullen (wel zelf controleren natuurlijk!). Bovendien bleek de nieuwe trap ook bij laag water een goede in- en uitstap te bieden. Mooi dat de provincie samen met de NOB deze voorzieningen steeds beter maakt.
Na de duik lekker met elkaar gegeten, waarbij de bediening dacht dat de broek van Fenno met bier gewassen moest worden. Daarna terug naar het huisje, logboeken ingevuld en gaan slapen.
De volgende dag was de laatste dag voor Nanja, Fenno en Hendri. Rients en ik zouden tot woensdag blijven. Opnieuw een druilerige dag. De eerste duik maakten we opnieuw bij de Zeelandbrug, dit maal bij een LW kentering. Omdat het springvloed was, was de laagwater stand extra laag, maar de trap gaf geen enkel probleem. Niet zoals bij de oude trap vervelende hoge stappen tussen de steenblokken, maar een keurige vlakke in- en uitstap. Nu wat oostelijker gegaan en daar troffen we meer sepia rekjes met een meer eieren van zowel de pijlinktvis als de sepia. Ook troffen we een enkele sepia, maar de piek was duidelijk voorbij; geen grote groepen vrouwtjes en mannetjes. Toch nog steeds mooi om te zien.
De anderen vertrokken en Rients en ik maakten opnieuw een duik bij de Zeelandbrug (nummer 3 al dit weekend) met opnieuw een sepia. Omdat het druilerig bleef lieten we het bij een tweede duik zitten.
De volgende dag, dinsdag, was het droog en scheen af en toe de zon. Er stond echter een harde wind vanuit het noorden en dat maakte de Grevelingen ongeschikt om te duiken. Dus alle duiken maar in de Oosterschelde en dat is zeker geen straf. De eerste duik vond opnieuw plaats bij de Zeelandbrug, met nu maar enkele duikers. Heerlijk om buiten de weekenden te kunnen duiken! Bij de oostelijke sepia rekjes trof ik grote (halve meter) pijlinktvissen. Ze waren echter zo schuw dat ik ze zelfs zonder lampen niet op de video vast kon leggen. Het was echter een prachtig gezicht om de pijlinktvissen te zien naderen en vervolgens weer terug te zien schieten. Aan het einde van de duik in het ondiepe gedeelte tegen het talud aan een grote school diklipharders. De vierde duik bij de Zeelandbrug en opnieuw een verrassende duik.
Daarna de tweede duik van die dag bij Bergschediepsluis gemaakt. Wel een eind rijden naar Thilen, maar geen last van getijden, dus er is altijd te duiken. Ook daar was het water helder met tot 5 meter zicht. Het platform op 8 meter diepte zag er mooi uit tot er een aantal langsploegende duikers voorbij kwamen. Kniediep in de bodem, dus het zicht was weg. Toch een mooie Zeedahlia gezien en daarnaast veel steurngarnalen en in het ondiepe gedeelte in het zand veel scholletjes.
De derde duik die dag deden we bij Zoetersbout in inmiddels opkomend tij, waardoor de instap daar goed te doen is. Ook hier weer verrassend goed zicht en heel veel leven in het ondiepe gedeelte; meloenkwallen, zeedruifjes, kompaskwallen, oorkwallen, veel steurgarnalen, maar helaas geen jonge sntolven gevonden op de Wakame wieren. Toch weer een hele mooie duik met een zonnetje dat af en toe door de bewolking heen brak. Wel nog steeds een stevige noordenwind.
Woensdag de laatste dag. De wind was gaan liggen en kwam meer uit westelijke hoek. De eerste duik deden we opnieuw bij Zoetersbout. Moest net gaan met afgaand tij (voordat de instap te vervelend wordt met camera) en ging ook inderdaad net. Opnieuw goed zicht, maar wel een miezerig regentje. Voor we het water instapten keek er een nieuwsgierige zeehond ons vanuit het water van de Oosterschelde aan. Onder water een vergelijkbaar beeld met de duik van de vorige dag: goed zicht, veel kwallen.
Na deze duik even koffie gedronken in een museum in Dreischor en toen we eruit kwamen brak de zon weer door. Op naar Dreischor Reefballs, waar we samen met 5 Duitsers het water in gingen. Zeer goed zicht tot wel 6 meter en helder tot de Duitsers de grond gingen omwoelen. We trokken naar de kant en daar bleef het op ondiepte helder. Heel veel hele kleine Elysia's en daarnaast het gebruikelijke zoals zakpijpen, Noordzeekreeft, aasgarnalen, een aantal botervisjes. Onder het platform grote strengen mosselen.
We kijken terug op een aantal mooie duiken in Zeeland, waarbij het met name buiten het weekend goed duiken is in rustig water. Toen we zondag aankwamen en onze eerste duik maakten bij de Zeelandbrug was het er druk, maar alle voorzieningen zagen er schoon uit. En onder water is er genoeg ruimte om geen last van elkaar te hebben.
Volgend jaar het weekend iets eerder plannen, zodat we in de piek van de sepia's zitten. Nu waren we zoals reeds gezegd, te laat.
David Wassing